Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Aangaande de maagden nu, heb ik [46]geen bevel des Heeren; maar ik [47]zeg [mijn] gevoelen, als die barmhartigheid van den Heere gekregen heb, om [48]getrouw te zijn. 46. Of, ordinantie; dat is, geen uitgedrukt bevel Gods of van Christus; namelijk dat iemand zou moeten maagd blijven. Waaruit blijkt dat de woorden van Christus, Matth.19:12, die dit vatten kan, vatte het, geen gebod, maar alleen ene toelating is. 47. Gr. geve. 48. Namelijk in mijne leer en bediening, en derhalve ook in hetgeen ik hier verklaar. Zie vs.40, en hfdst.4 vs.1,2. Of, geloofwaardig te zijn.